In dit artikel wordt uitgelegd hoe je 80% werken, 90% salaris en 100% pensioenopbouw in Nmbrs kunt inrichten. Het is uiteraard mogelijk om andere percentages te kiezen.
Onder kopje Algemeen beschrijven we de standaard inrichting die voor de meeste branches geldt, terwijl onder kopje Uitzonderingen de branches staan waarvoor een aangepaste inrichting nodig is.
Algemeen
Rooster
Laat het rooster op 100% staan voor de premie-inhouding. Het parttime percentage zit in de berekening van de brancheregeling(en) en kan daarom niet aangepast worden indien de premie-inhouding 100% dient te blijven. Dit is een gevolg van het feit dat dit een inrichting van de salarisadministratie betreft.
Let op: Bij een verlofaanvraag zullen de op te nemen uren worden berekend op basis van de roosteruren. Doordat het rooster op 100% moet blijven staan voor de pensioenpremie-inhouding, worden de verlofuren berekend op basis van een rooster van 100%. Hierdoor moeten de door de medewerker aangevraagde verlofuren handmatig worden aangepast naar de juiste verlofuren voor de medewerker (o.b.v. het daadwerkelijke rooster).
Salaris
Gebruik een urencode die niet meetelt in de brancheregeling(en), ook niet via de gekoppelde looncode. Kies bijvoorbeeld een urencode in de reeks 2120-2140, of, als die allemaal in de grondslag staan, urencode 3066. Hernoem zowel uren- als gekoppelde looncode naar bijv. Generatiepact (niet nodig bij gebruik 3066). Geef hierop een negatief aantal uur in, zodat het aantal gewerkte uren 90% is (in geval van 90% salaris):
Eventueel kun je een afrondingsfout corrigeren door via een looncomponent een bedrag te boeken op de gekoppelde looncode:
De loonstrook ziet er dan als volgt uit:
1: urencode om op 90% salaris te komen
2: looncode voor correctie (indien gewenst)
3: verloonde uren 90% (173,33 - 17,33)
Pensioenopbouw
Met bovenstaande inrichting zal nog steeds 100% aan premie ingehouden worden. Indien als gevolg van deze regeling ook de premieverdeling tussen werknemer en werkgever aangepast dient te worden, dan kan dit handmatig ingericht worden in het dashlet brancheregelingen op medewerkersniveau.
Let op: deze inrichting zal niet werken in die zeldzame gevallen dat periodebrancheregelingen de loonaangifte-uren gebruiken.
Uitzonderingen
Agrarische sector
Bij agrarische sector is vaak sprake van de verhouding 80% werken, 90% salaris en 90% pensioenopbouw. In dit geval is het afdoende om het rooster op 90% te zetten: dit geeft zowel 90% salaris als 90% pensioenopbouw.
Houtverwerkende industrie
De bovenstaande stappen onder het kopje 'Algemeen' kunnen worden gevolgd. In de CAO van de Houtverwerkende industrie wordt in artikel 17a lid 2 gesteld dat de extra benodigde vroeg- en ouderdomspensioenpremie (20%) volledig ten laste van de werkgever komt. In Nmbrs kan dit ingericht worden door de premieverdeling op medewerkersniveau handmatig aan te passen. Het is daarnaast noodzakelijk om het pensioenfonds te informeren dat de werknemer gebruik gaat maken van de 55+regeling.
Detailhandel
Bij de Detailhandelbrancheregelingen staan de hierboven genoemde urencodes in de grondslag en kunnen daarom niet gebruikt worden. Voor deze branches kan in plaats hiervan looncode 6100 | Vitaliteitsregeling gebruikt worden. Boek op deze looncode een bedrag om het salaris met 10% (in geval van 90% salaris) te verlagen. Het aantal verloonde uren dient verlaagd te worden via een urencode die niet meetelt voor de branche (bijvoorbeeld urencode 7010). De werking van de urencode dient eerst aangepast te worden zodat deze geen looncode-output berekent. In het voorbeeld van urencode 7010 dient het uurloon aangepast te worden naar een waarde van 0. Hierna kunnen de negatieve uren op deze urencode geboekt worden om de verloonde uren te verlagen. In dit artikel kan je verder lezen hoe je de werking van een urencode aanpast.
Grafimedia
- De premie voor de pensioenregeling dient weliswaar over 100% salaris berekend te worden, maar die voor de ASF-regelingen dient volgens de CAO berekend te worden over de som van 12 maal het vaste maandsalaris. Daarom dient de grondslag voor deze regelingen verlaagd te worden wanneer de medewerker gebruik maakt van het Generatiepact. Dit kan verwerkt worden op urencode 3066 | Uren Generatiepact, zodat via outputlooncode 4789 | Generatiepact de grondslag van de ASF-regelingen verlaagd wordt. Kijk voor de verdere inrichting onder kopje Algemeen hierboven (met dien verstande dat i.p.v. een urencode in de reeks 2120-2140 gebruik kan worden gemaakt van urencode 3066).
- De Grafimediabranche hanteert weliswaar ultimo-/perioderegelingen, maar aangezien P1 als basisperiode voor de berekening geldt zijn dit in feite jaarregelingen. Daarom geeft het bovenstaande alleen het correcte resultaat indien het Generatiepact per P1 actief is. Bij een start in een latere periode zal de pensioenpremie wel, maar zullen de ASF-premies niet correct (want ook o.b.v. 100%) worden berekend.
- Houd er rekening mee dat je eventuele vaste (ploegen)toeslagen ook met 10% dient af te boeken. Gebruik hiervoor een extra bruto looncomponent dat geen grondslag is voor de regelingen. Wijzig de omschrijving naar wens en breng hierop 10% van de toeslagen in mindering.
Meubelindustrie
Pf meubel wil via de UPA het bruto, fulltime, jaarsalaris op 1 januari én 80% van de uren aangeleverd krijgen; de opbouw wordt vervolgens standaard met 20% verhoogd. Je kunt dit als volgt realiseren: inhouding van 20% van de uren op urencode 2120 (want die staat in de grondslag) en een uitbetaling van 10% op een andere code uit de reeks 2124-2140, zoals hierboven beschreven (want die staan niet in de grondslag). Resultaat is dan:
-
salaris en verloonde uren zijn o.b.v. 90%
-
pensioenberekening en -uren zijn o.b.v. 80%
Het fulltime jaarsalaris gaat standaard mee in veld <RegLn>.
Opmerkingen