In dit artikel nemen we door hoe je functies kunt aanmaken en toevoegen bij medewerkers. Gebruikers met een accountant omgeving kunnen functies toevoegen op debiteurniveau. Omdat de debiteurenlaag bij gebruikers met een business omgeving ontbreekt kunnen zij functies toevoegen op masterniveau.
Daarnaast is het voor beide type gebruikers ook mogelijk om functies direct toe te voegen op medewerkersniveau.
Let op: functienummers mogen maximaal 10 cijfers bevatten en functienamen mogen maximaal 50 tekens bevatten.
Navigeren naar dashlet Functie in accountant omgeving
Indien je als accountant een functie wilt toevoegen, volgt dan deze stappen om naar het dashlet Functies toe te gaan:
1. Ga naar het tabblad Explorer.
2. Ga naar het debiteurniveau.
3. Klik op Functies onder het kopje HR Instellingen.
Navigeren naar het dashlet Functie in business omgeving
Indien je over een business omgeving beschikt kun je de volgende stappen volgen om naar het dashlet Functies te navigeren.
1. Ga naar het tabblad Instellingen op masterniveau.
2. Klik op Functies onder het kopje HR Instellingen.
Nieuwe functie toevoegen
Wanneer je eenmaal in het dashlet Functies zit kun je een nieuwe functie toevoegen door op de knop 'Functie toevoegen' te klikken.
Geef de nieuwe functie een nummer en een naam. Klik op Opslaan.
Functie toevoegen bij medewerker
Het is ook mogelijk functies toe te voegen op medewerkersniveau. Om op deze methode functies toe te voegen ga je naar het dashlet Dienstverband op medewerkersniveau en klik je op 'Meer...'.
Vervolgens scroll je naar onder en druk bij het dashlet Functie op de knop Functie.
Geef de nieuwe functie een nummer en een naam. Tot slot klik je op Opslaan om de nieuwe functie aan te maken.
Functie instellen bij een medewerker.
Om een functie in te stellen bij een medewerker navigeer je naar het dashlet Functie onder Dienstverband op medewerkersniveau. Vervolgens druk je op de knop Bewerken.
Selecteer een functie en druk op Opslaan.
Opmerkingen